Vertegenwoordigers van de God en de Godin
Een Mei Koning- en Koningin komen overal in Europa voor en lijken onlosmakelijk verbonden te zijn met de tradities rond Beltane.
Echter in Zweden zien we een "Mei Koning- en Koningin" rond midzomer,
net als de meiboom in Zweden een midzomerboom is
(Frazer Blz.180).
Rond Ostara vierden we de lente, het tot leven komen van de natuur, de ontluikende
vruchtbaarheid
van de natuur. Met Beltane vieren we naast de vruchtbaarheid juist specifiek ook de bevruchting, de liefde, het samenkomen, het huwelijk.
Met Beltane vieren we het huwelijk tussen de Godin en de God en begint er een periode van huwelijken.
Rond het plaatsen van een meiboom had je gildes, de graaf van zo'n gilde ging als meikoning met een krans onder de meiboom staan.
Wanneer de huwbare dames rond de boom dansten gooide de meikoning op een gegeven moment zijn krans naar één van de de dames.
De dame die de krans ving werd dan de meikoningin en vormde samen met de meikoning het meibruidspaar.
Tijdens een Ostara viering had Lunadea
een leuke manier gevonden om een meikoning te vinden, die dan met Beltane weer een meikoningin moet gaan bepalen
(zie http://Ostara.Jaarfeest.nu).
Zo had je in verschillende regio's verschillende gebruiken rond een meikoning en meikoningin.
In de éne regio wordt de meikoning/in democtratisch gekozen en in de andere regio door een wedstrijd element:
wie het eerst bij de meiboom is wordt de meikoning/in
(Frazer, Blz.174 en 175,
Lankester Blz.143).
De meikoning en meikoningin zijn vaak
versierd met veel groene bladeren, de zogenaamde groene man en groene vrouw. In Engeland bekend als
Jack-in-the-Green,
in Karinthië, Transsylvanië, Roemenië en Slowakije noemen ze hem
Groene Joris (Frazer, Blz.174)
of Groene George (zie Pangheon.org).
In het zuidoosten van Ierland werd vroeger op 1 mei het mooiste meisje tot koningin van de regio gekozen ze werd gekroond met een bloemenkrans
en was gedurende 1 jaar koningin, daarna werd er weer een nieuwe koningin gekozen
(Frazer, Blz.178).
De meikoning en de meikoningin hielden ook vaak rondgangen door het dorp of stad om geld, drank en voedsel op te halen.
Dit waren symbolische offergaven aan de God en de Godin om hun krachten te stimuleren
(Lankester Blz.143).