De Krampus duikt wereldwijd op
De Krampus komt oorspronkelijk voornamelijk voor in Oostenrijk en Beieren.
Krampus komt van het middelduitse woord "Kralle", wat klauw betekend, of van het Beierse woord "Krampn", wat
staat voor iets levensloos, iets uitgedroogds, verschrompelds. Lokaal word de Krampus ook aangeduid met Kramperl, Klaubauf en Tuifl (= duivel)
(Ridenour Blz.15).
De Krampus duikt overal ter wereld op, in
Australië, de Verenigde Staten
en natuurlijk ook in Nederland!
De Krampus straft stoute kinderen en neemt ze mee in een zak of mand.
In Nederland zien we Krampus in verschillende steden verschijnen als alternatief voor
de racistische zwarte Piet figuur.
In veel andere delen van de wereld is het Sinterklaas feest verschoven naar het feest van Santaclaus
en zien we de Krampus tevens rond de Yule periode overal opduiken!
Ook Hollywood heeft de Krampus ontdekt, in 2013 verscheen een hopeloos amateuristische film:
Krampus, The Christmas Devil: Erg slecht gefilmd, slecht verhaal en beroerde acteurs.
In 2015 verscheen de veel betere film Krampus; leuk verhaal, goede acteurs en een beetje tussen
horror en fantasy in met een komische noot.
De Krampus komt wereldwijd dus steeds meer tot leven, maar wie is de Krampus en wat is diens geschiedenis?
Een figuur die aan een Krampus doet denken komen we tegen in een Nederlands gedicht uit de negentiende
eeuw van Hamre Bevoort: Sinterklaas.
De oudste schriftelijke vermelding van een Krampus dateerd uit de zeventiende eeuw.
Wat je vaak leest is dat de Krampus een heidense oorsprong heeft, doch de Krampus figuur is lastig te
herleiden tot een specifieke oude heidense God.
Veel oude heidense Goden en Godinnen zijn weliswaar verworden tot demonen in het Christendom,
doch de Krampus heeft weer niet zoveel weg van gehoornde Goden zoals Pan en Cernunnos.
Wellicht moeten we wat de oorsprong van de Krampus betreft ook niet zozeer kijken naar oude Goden en Godinnen.
Het lijkt voor de hand liggender dat de Krampus figuur ontstaan is uit
mummery.
Met mummery verkleed men zich rond
de Yuleperiode in opvallende kostuums, sommige fantasievol en sommige een beetje dierlijk.
De oudste vermelding van mummery dateerd uit 1263
(Hutton blz.11).
Mummery heeft waarschijnlijk een voor-Christelijke oorsprong.
Vanuit deze traditie is het een kleine stap richting de Krampus figuur.
De Krampus kan tevens een onderdeel zijn van de Europese wildeman
tradities.
Deze Wildemannen waren een soort van boemannen, zoals ook de Krampus dat is. Iedere regio had wel een eigen
wildeman, waarvan men soms terug kon gaan naar een heidense God. Wildemannen waren populair in de Europese folklore en zouden
zodoende in de Mummery parades terecht kunnen zijn gekomen.
Hieruit zou dan de "Krampusloop" ontstaan kunnen zijn, een traditie die zich nu overal ter wereld aan het verspreiden is
(Bron: Patheos.com - Krampus).
In de zeventiende eeuw gingen groepen jongemannen in Scandinavië zingend en verkleed langs de huizen, ze speelden toneel en haalden grappen uit.
Enkelen waren verkleed als Yulebok, die luidruchtig en eng kon zijn. In de negentiende eeuw veranderde de rol van de Yulebok langzaam,
de Yulebok werd de brenger van geschenken.
Hierbij verkleede iemand zich als Yulebok, die dan de geschenken gaf. Rond het begin van
de twintigste eeuw werd geven van geschenken overgenomen door de Jultomte of Julnisse (kerstkabouter).
In Finland heet de kerstman nog steeds Joulupukki, wat kerstgeit betekend. Deze kerstgeit is een verwijzing naar Thor/Donar,
die met een kar getrokken door twee bokken/geiten reed.
Hier zien we dus ook een verbinding van een oorspronkelijk enge Bok met de Yuleperiode.
(Ridenour Blz.201,
Wikipedia).
In het dal van Gastein (Oostenrijk) komen we de Habergeiß tegen,
een welbekend Perchtentype tijdens de Perchtenloop in Gastein.
De Habergeiß zou de geest van het veld representeren,
Haber is een Oostenrijks woord voor graan en Geiß "geit"
(Ridenour Blz.197).
Bokken en Geiten komen we overal tegen rond de Yuleperiode; de Yulebok in Scandinavie, de
Habergeiß in Oostenrijk,
de Schnabelgeiß in Zwitserland, de Klapperbock in Polen en Noord-Oost Duitsland
(Ridenour Blz.200).
Yule is de tijd van de wilde jacht, hierbij horen Bokken en Geiten, een parade van de andere wereld
geleid door Odin/Wodan, vrouwe Holda of Perchta...
Al Ridenour schrijft in zijn boek "The Krampus" (Blz.117) dat
mogelijk de Perchten model hebben gestaan voor de Krampus. De tradities rond de "Perchtenloop" of
de "jacht op Perchten" zijn in 1582 voor het eerst beschreven
(Bron: Wikepedia)
Met een Perchtenloop maakt men een rondgang langs de huizen, men zingt perchtenliederen en maakt dansmuziek met trommels en
koeienbellen. Men draagt soms een dubbelmasker om het dubbele karakter van Percht en de in haar verenigde tegenstelling uit te drukken:
jong en oud, licht en donker, man en vrouw, goed en kwaad, leven en dood. Men maakt hoge perchtensprongen die bedoeld zijn om het hoog
opgroeien van het graan te bevorderen (vd.Meer Blz.336).
Tot op heden zien we bij de Perchtenloop ook de Buttnmandl met hun kleding van strobundels en koeienbellen; een vruchtbaarheidsrite
voor velden een vee
(zie foto rechts en vd.Meer Blz.276).
Tot in 1616 renden jongens en meisjes door de straten van Nuerenberg
in de Bergnacht, met hamers, stokken en knuppels klopten ze op deuren,
waardoor deze nacht "Klöpflesnacht" (klopnacht) genoemd werd. In Eschloh verklede drie vrouwen zich als Berchta´s.
Wanneer ze bij een huis kwamen, rammelde de één met een ketting, klopte ermee op de deur, schraapte de ander tegelijkertijd met
een hark en zwiepte de derde met een bezem. Hierdoor wisten de mensen dat de Bercht´n gearriveerd waren en gaven hen peren, brood of noedels,
waarna de drie hun weg vervolgden. Gedurende de Berchten of Perchten loop in het dal van Gastein
(Oostenrijk), liepen honderden in processie van dorp naar dorp, uitgedost met de vreemdste maskers, droegen ze o.a. koeienbellen, zwepen
en allerlei andere wapens (Gardenstone Blz.122-123).
Hoewel de Perchtenloop in het dal van Gastein een van de oudste
Perchtenlopen is, zijn er praktisch geen heidense elementen in terug te vinden
(Ridenour Blz.192).
De naam Perchta / Berchta betekend "de glanzende", "stralende"
(vd.Meer Blz.275, 326,
Gardenstone Blz.123).
Zij wordt vereerd als patrones van de huiselijke arbeid op de avond
voor haar naamdag laten de meisjes het spinnewiel rusten, deden ze het niet dan zou het vlas de volgende morgen vuil en verward zijn.
Perchta is oorspronkelijk de Godin van de schemerglans, dat wil zeggen van de morgen- en avondschemering en is daarom van tweeslachtige aard,
namelijk zowel Godin van vruchtbaarheid en leven als duisternis en dood. Als Godin van de morgenrood of dageraad staat ook de huiselijke
arbeid onder hoede van Perchta (Zie Nissaba.nl en
Volkoomen.nl)
In een tekst uit de twaalfde eeuw wordt de Perchtdag voor het eerst genoemd en in een tekst uit de elfde eeuw heeft men het over
een Perchtweide, die in eigendom van een kerk wordt gegeven (vd.Meer Blz.502).
Een tekst uit de dertiende eeuw klaagt er over dat kinderen eerder de gezangen ten ere van de Godin Perchta leren zingen, dan dat zij het
Ave Maria kunnen uitspreken. Perchta was dus zeer bekend en geliefd bij het volk van die tijd
(vd.Meer Blz.503).
De Perchten zijn ontstaan uit een gedemoniseerde Godin Perchta.
De oudste teksten (dertiende eeuw) zijn nog positief over de Godin Perchta, doch ook toen al werdt deze Godin
steeds meer gedemoniseerd.
De hierboven genoemde tekst uit de dertiende eeuw die heel positief over Perchta vermeld dat kinderen eerder liederen
over de Godin Perchta konden zingen, dan dat ze het Ave Maria konden uitspreken, vervolgd heel negatief over deze lichtbrengende Godin.
Ze wordt in verband gebracht met ijdelheid, wellust, lichte zeden en het
dienen van de duivel (vd.Meer Blz.503).
Met de Perchtenlopen uit de zestiende eeuw
is deze Godin al sterk gedemoniseerd. Al Ridenour schrijft in zijn boek "The Krampus"
(Blz.117) dat de Perchten mogelijk model hebben gestaan voor de Krampus.
In een artikel over Krampus op Patheos.com lezen
we dat ook de traditie van mummery zich ontwikkelt kan hebben
tot de huidige Krampuslopen.
Hier zijn het wildemannen die gedemoniseerd zijn richting de Krampus figuren.
We vinden echter weinig oorspronkelijk heidense overblijfselen terug in de Krampus- en Perchtalopen, wat we tegenwoordig
zien zijn moderne ontwikkelingen die weinig tot niets met oude heidense gebruiken te maken hebben.
Het machtig interessante boek The Krampus van Al Ridenour onderzoekt de geschiedenis van de
Krampus en brengt deze in verband met de Perchtenloop en de Godin Perchta. Ridenour heeft de Yule gebruiken in Europa
uitgebreid onderzocht en komt met vele zeer interessante gebruiken!
Ik kan zijn boek The Krampus dan ook zeer aanbevelen!
Krampussen en de Perchten zijn dus gedemoniseerde figuren, gedemoniseerde natuurgeesten, gedemoniseerde voorouders en/of
gedemoniseerde goden en godinnen. Tegenwoordig zie ik dat deze figuren populairder worden bij moderne pagans en heidenen.
Ik begrijp dit niet, hoe kan je onze voorouders, natuurgeesten en goden en godinnen voorstellen als demonen?
Terwijl het toch een kleine moeite is om even iets verder te kijken naar de oorsprong van deze door Christenen gedemoniseerde
figuren. Zo kwam er tijdens een moderne Wodansavond viering in Amsterdam een Yulebok opdraven en zou er
dus met een beetje creativiteit ook een pagan/heidense variant van een Krampusloop bedacht kunnen worden, zonder dat men gekerstende,
gedemoniseerde events vanuit andere landen importeert.
Ik heb niets met Krampussen en Perchta´s en ik zal ook nimmer meewerken
aan iets waarin m'n voorouders, goden of natuurgeesten als gekerstende demonische figuren uitgebeeld worden!
De Godin Perchta was één van de aanvoerders van de Wilde Jacht, evenals de
Godin Holda en de God Odin/Wodan de Wilde Jacht aanvoeren.
De Godinnen Perchta / Holda zijn met de Wilde Jacht verbonden aan de Yule periode.
Lees meer over de Wilde Jacht.