Yule.Jaarfeest.nu Yule.Jaarfeest.nu

Sint Nicolaas feest

Overeenkomsten met het Yulefeest

Yule (Kerst) is de periode dat de Wilde Jacht plaatsvindt.
Wodan of Odin rijdt dan door de lucht op Zijn achtbenig paard Sleipnir gevolgd door een leger van de Andere Wereld, vergezeld door jachthonden en andere jachtdieren. Ze joegen op de wolf Fenrir die de zon wou opslokken waardoor het donker zou blijven.
Het verhaal van Sinterklaas die op zijn paard over de daken rijdt en de Kerstman die met zijn slee getrokken door acht rendieren door de lucht gaat zijn hierop gebaseerd.
Ze bezorgen cadeau's / offers in de schoorsteen, wat in de wintertijd dus in het vuur terecht zou komen, zoals men vroeger offers in het vuur offerde. Bron: Wikipedia - Wilde Jacht

In latere tijden zijn Christelijke figuren de rol van de Wodan of Odin gaan overnemen en zien we dus een Christelijk figuur die met een leger van helpers op zijn paard over de daken door de lucht raast. Van Odin die op zijn paard door de lucht raast met een leger van de Andere Wereld naar Sinterklaas op zijn paard over de daken met leger van helpers, of naar de Kerstman die door de lucht vliegt in zijn slee getrokken door rendieren met zijn helpers van elfen van de Andere Wereld.
Beidde vertonen veel overeenkomsten met de Wilde Jacht van Wodan of Odin met hun leger. Andere overeenkomsten zijn dat Wodan/Odin alles weet door zijn raven Huginn en Muninn, de Sint weet alles door zijn hulpen en het boek van Sinterklaas. Er werden offers gebracht aan Wodan/Odin en zijn paard in de vorm van broden, hooi, zaden en wortels, de Sint krijgt een wortel voor zijn paard.
Wodan/Odin rijd op een achtbenig paard, Santa heeft een slee getrokken door acht rendieren. Wodan/Odin had een wonderlans "Gugnir", de Sint een staf.

Sinterklaas en Santa Claus
Met de emigratie naar en kolonisatie van Amerika door Europeanen namen ze hun feesten mee. Sinterklaas werd zo Santaclaus.
Zo brachten ook Nederlandse immigranten hun tradities rond Sint Nicolaas mee. In 1822 schreef Clement Clark Moore een gedicht: "The Visit of Saint Nicholas", tegenwoordig bekend als "The Night Before Christmas" (zie: Wikipedia).
Moore beschrijft hem echter niet als een bisschop zoals in Nederland maar als een in bont geklede man die een in een slee met rendieren rijdt.
Thomas Nast illustreerde Moore's gedicht rond 1860 en kleedde hem in een jas met riem en bontkap. Hij gebruikte tevens de meer informele naam "Santa Claus" (van Sinterklaas) in plaats van het formelere "Sint Nicholas". Moore heeft Santa Claus niet gecreëerd maar gebruikte populaire beschrijvingen. Daarbij gebruikte hij de rituele kleuren die hij waarschijnlijk van de Nederlanders kende, waar Sinterklaas door de schoorsteen komt en het wit en zwart in zijn kleurstelling vandaan komt: "Zijn kleren werden bezoedeld met as en roet." Roet is een symbolische zwarte stof, met het rood van het vuur en het wit van de as. De rest van de 19e eeuw werd de Kerstman vaak afgebeeld in een rode jas met een blauwe pofbroek (zoals dat hoort bij een Nederlander). In de twintigste eeuw was dat een geheel rode outfit met witten biezen, populair geworden vanwege een Coca Cola reclame campagne in 1931. De Zweedse kunstenaar Haddon Sundblom gaf hem in deze Coca Cola reclame ook een muts met kwast zoals je dat bij Zweedse kabouters en elfen zag. De Scandinavische invloed verklaart ook dat de Kerstman geassisteerd word door elfen en dat hij op de Noordpool woont.    (Bron: Arthuriana.co.uk)
Santa Claus lijkt en mengeling te zijn van Sinterklaas, Vader Kerst en de Scandinavische Joulupukki. (Zie ook: Arturiana.co.uk)
In Finland heb je de Joulupukki (kerstbok) of Juletomte (Zweeds, kerstkabouter). Vandaag de dag lijkt de Joulupukki erg op de Amerikaanse versie van de Kerstman. Hij draagt meestal warme rode kleren, gebruikt een wandelstok en verplaatst zich in een slee die door rendieren wordt getrokken. Ook de Russische Grootvadertje Vorst is een mengeling van Sint Nicolaas en oude Heidense natuurgeesten en Goden uit Rusland.
Sinterklaas en Santaclaus zijn dus eigenlijk dezelfde figuur, geïnspireerd op Wodan. We zien overal veel locale verschillen.
Bronnen: Kennislink.nl en Wikipedia: Grootvadertje Vorst, Juletomte, Joulupukki, Kerstman, Vader Kerst.


Geboorte en sterven van Sint Nicolaas
Historici schrijven dat Sint Nicolaas waarschijnlijk geboren is omstreeks 280 na nul te Patara in Lycië en overleden op 6 december in 342 of 352. Hij was in de 4e eeuw bisschop te Myra, de toenmalige hoofdplaats van Lycië in Klein-Azië, een gebied langs de zuidkust van Turkije en toenmalige Romeinse provincie van het Romeinse Rijk. Daar is hij ook gestorven en begraven. In de zesde eeuw werd hij vereerd als een heilige in het Byzantijnse rijk en vanaf de tiende eeuw ook in het westen. Nadat zijn stoffelijke resten in de elfde eeuw waren overgebracht naar Italië verbreidde zijn verering zich over heel West Europa.
 (Zie: Blom Blz.13 e.v.,   Ghesquiere Blz. 17 e.v.)
Uit die tijd kennen we vele wonderverhalen, zoals kleine kinderen die door een herbergier waren geslacht en door de Sint weer tot leven werden gewekt, hij zou drie meisjes gered hebben van de prostitutie door driemaal heimelijk een zak goud door het raam naar binnen te gooien (als bruidsschat, zodat ze konden trouwen) (Blom blz.250).

Sint Nicolaas in de Middeleeuwen
Het Sint Nicolaas feest werd in de middeleeuwen op Noord Franse kloosterscholen gevierd. In de dertiende eeuw 'verscheen' hij op scholen en gaf geschenken aan ijverige leerlingen en vermaande luie leerlingen.
In de late middeleeuwen zou de Sint in Dordrecht (bron uit de 14de eeuw) en in Utrecht (bron uit de 15de eeuw) kinderen, koorknapen en armen getrakteerd hebben. In andere bronnen word een viering op straat, buiten de kerk en het klooster, beschreven. Er werden kermissen en markten gehouden, de schoen werd gezet en een geheimzinnige hand kon suikergoed in huislijke kring strooien.
Bronnen: Knaw.nl en Kennislink.nl

Facebook Hoax
Op facebook kwam ik het verhaal tegen dat de Sint uit Turkije naar Spanje gevlucht zou zijn en zwarte kindslaven vrijgekocht zou hebben van slavenschepen en als betaalde kracht in dienst had genomen.
De eerste slavenschepen dateren uit 800 na nul door Arabieren, de eerste Europese slavenschepen dateren uit de 16de eeuw (Bron: VOCsite.nl).
Vanaf 800 na nul zou de Sint in Myra zwarte kindslaven vrijgekocht kunnen hebben van slavenschepen. Dat de Sint ooit naar Spanje gevlucht zou zijn vanuit Myra (in het huidige Turkije) is historisch nergens terug te vinden.
Het verhaal past wel heel goed in de wonderverhalen na de dood van de Sint en is wat je noemt een modern wonderverhaal rond de Sint uit deze tijd.
Grappig is wel dat een aantal mensen op facebook echt geloven dat de Sint op latere leeftijd (hij zou dan ruim 400 jaar oud zijn geweest) in de 9de eeuw kindslaven vrijgekocht heeft van een slavenschip. Ik heb zelfs op facebook gelezen dat iemand beweerde dat de Sint in de 17de eeuw nog zwarte kindslaven van slavenschepen vrijgekocht zou hebben!!
Historici schrijven dat Sint Nicolaas waarschijnlijk geboren is omstreeks 280 na nul te Patara in Lycië en overleden op 6 december in 342 of 352. Hij was in de 4e eeuw bisschop te Myra. Daar is hij ook gestorven, er is geen enkele bron die vermeld dat hij tijdens zijn leven ooit naar Spanje is geweest en er is geen enkele bron die iets vermeld over slaven vrijkopen, zo niet en ook niet van slavenschepen.
De eerste slavenschepen dateren van zo'n vier eeuwen na zijn dood.
 (Zie: Blom Blz.13 e.v.,   Ghesquiere Blz. 17 e.v.)

Sint Nicolaas na de 17de eeuw
In de periode 1750 - 1850 na nul kreeg het opvoeden de overhand in het Sinterklaas feest, kinderen moesten gestimuleerd worden tot hard en ijverig werken.
In de eerste deccenia van de twintigste eeuw bestonden er nog grote verschillen in de viering van het Sinterklaas feest. Pakjes avonden werden bijna alleen in de stad gevierd en nauwelijks op het platte land. Op het platte land trokken lawaai makende jongelui verkleed langs de huizen met onherkenbaar zwart gemaakte gezichten en vroegen om geld en snoep, maakte kleine kinderen bang en strooiden met pepernoten.
In Nederland was rond die tijd Pieter naast Nicodemus, Assiepan, Hans Moef, Jan de Knecht en Sjaak Sjoer verbonden aan het Sinterklaasfeest.
In de loop van de twintigste eeuw begonnen ook volwassen het feest mee te vieren met surprises en gedichten. Kranten besteden er steeds meer aandacht aan en vanaf de jaren zestig ook de televisie, waardoor het feest steeds meer een nationale traditie werd. Bronnen: Knaw.nl en Kennislink.nl
Rond de zestiger jaren had je ook al protesten tegen het uiterlijk van de zwarte Piet. Bronnen: dbnl.org, AndereTijden.nl en G.Wekker Blz.202-233
De kritiek op de figuur van Zwarte Piet is echter ouder en zien we al in 1927 en de dertiger jaren (Zie Historiek.net).

Sint Nicolaas en zijn helpers
De naam Pieter-mê-knech komen we in Nederland voor het eerst rond 1850 tegen, naast Nicodemus, Assiepan, Hans Moef, Jan de Knecht, Sjaak Sjoer en andere namen. Met een intocht van Sinterklaas in Amsterdam in 1935 zien we voornamelijk blanke helpers van de Sint (zie: YouTube). In die tijden zag je traditioneel maar één zwarte helper tussen de helpers van de Sint.
Na de bevrijding van Nederland in 1945 hielpen de Canadezen met het organiseren van het Sinterklaas feest en dachten waarschijnlijk dat als één Zwarte Piet leuk is, meerdere nog leuker zijn. Sindsdien hebben we deze Canadese verandering van de traditie overgenomen. Rond 1950 is er in onze regio naast Sinterklaas voornamelijk nog sprake van een zwarte Piet. Bronnen: Knaw.nl en Kennislink.nl


Hoewel de Sint oorspronkelijk geen helpers had werd hij toen de verering in West Europa toenam wel altijd vergezeld door helpers. In sommige streken in Duitsland was dit een afgrijselijk ruig monster dat Klaubauf, Krampus, Grampus, Perchta, Bartel of Belznickel heette, of door een in dierenhuid geklede figuur die Knecht Ruprecht werd genoemd. Belznickel zou gebaseerd zijn op Knecht Ruprecht (Ru-Brecht), die weer terug gaat naar de Godin Berchta / Perchta. In Frankrijk is Père Fouettard de helper van de Sint. Père Fouettard was de herbergier die drie kinderen had afgeslacht omdat ze de rekening niet konden betalen. De Sint kwam er achter en heeft de kinderen weer tot leven gewekt, waarna Père Fouettard zijn trouwe helper werd. In onze streken was dit na 1950 voornamelijk nog zwarte Piet. Bron Wikipedia: Belsnickel, Knecht Rubrecht, Krampus, Perchta en Père Fouettard

De tegenwoordige Perchta en Krampus zijn gedemoniseerde pagan/heidense goden en voorouders. Perchta was oorspronkelijk een Godin, ze werd wel gelijkgesteld met de Godin Holda (Zie Nissaba.nl). Haar naam betekend de lichtende, je ziet rechts een afbeelding van deze Godin plus een gedemoniseerde versie die als knecht van Sint Nicolaas optreedt. Deze vreemde figuren rond Sint Nicolaas zijn een symbool voor dat het Christendom deze heidense figuren geknecht heeft. De helpers van de Sint hebben dus geen oorsprong of relatie met slavernij.
Bij de verspreiding van het Sinterklaasfeest in Europa hebben de Katholieken overal lokale heidense gebruiken geïntegreerd in de viering. Deze Heidense Goden en Natuurgeesten kregen hier een negatief geladen karakter: stoute kinderen moesten oppassen! Ze kregen niets, of kolen in plaats van snoep of konden met de roede krijgen!
Dit is duidelijk te zien bij figuren als Perchta en Krampus. In Frankrijk vervulde Père Fouettard de rol van een boeman. Het uiterlijk van de helpers van de Sint verschilt, doch veel kenmerken hebben ze ook gemeenschappelijk: ze hebben een dreigende roede (oorspronkelijk een vruchtbaarheidsymbool), stoppen stoute kinderen in een zak en geven ze kolen als traktatie in plaats van het lekkers dat de Sint aan de goede, brave kinderen geeft. Het uiterlijk van de helpers van de Sint varieert dus enorm per regio en de loop der geschiedenis.



Zwarte Klaas
In het tijdschrift De Joodsche Wandelaar uit 1792 verteld Ene Gijs de Kleermaker over een Sinterklaas viering uit die tijd:
Mannen, wat hadden wij op Sinterklaas-avond een pret! het was een klucht, om te zien, hoe bang mijne jongens waren, ha! ik moet er nog om lagchen, als ik er om denk; mijn wijf zelve, schoon zij van de vonk wist, zou wel in een hoek gekropen hebben, zoo had ik mij toegetakeld, met lappen en vodden van allerhande kleuren, mijn bakhuis (bakkes, gezicht dus, red.) had ik zwart gemaakt, en ik rammelde zoo verschrikkelijk met de ketting, dat het huis er van daverde; met een holle stem vraagde ik, of er ook stoute jongens waren? dat ik Sinter Klaas was, die nu reed, om naar jongens te zoeken, die niet wilden leeren, maar die, voor zoete kinderen, appelen, noten, kastanjes, en Sinterklaasgoed had. De kinderen kroopen in een hoek, ...

In het boek "De Volksvermaken" (1871) van J.ter Gouw (Blz.254) vinden we ook een Zwarte Klaas die met rammelende kettingen verschijnt. Dat de Sint door de schoor­steen het huis binnen kan komen, komt omdat het hier geen levend persoon betreft, maar een onstoffelijke verschijning van de andere wereld, een geestverschijning. Mensen maakten zich daarom zwart, zo beelde men geestverschijningen uit.
Je zag soms een blanke sint vergezeld van een zwarte Klaas, het is tevens bekend dat in Amsterdam Zwarte Klazen de buurten doorliepen, lawaai makend met behulp van kettingen, het op deuren en vensters bonzend en het met een bullebakstem roepend: "Synder ook quaje kyeren?".
In de begin periode deed Sint Nicolaas alles alleen, dus de rollen van de knecht en de sint liepen door elkaar heen, zo ook de verschijningsvorm. Later is er veel van deze rollen overgegaan op de knechten, de knechten werden de straffers met de roede en de zak, de Sint beloonde en gaf zegeningen en kadeau's.
(Bronnen: Abe de verteller over Zwarte Klaas, en over de Monsterlijke helpers van de Sint, De Telegraaf)


Ontstaan moderne zwarte Piet
Jan Schenkman (1806-1863) was lid van de Maatschappij van het Algemeen Nut en waarschijnlijk een tegenstander van de slavernij. In het boekje van Jan Schenkman uit 1850 (foto´s rechts) zien we de Sint vergezeld van een toen nog naamloze zwarte hulp. In de eerste uitgaven van dit boekje is de zwarte gezel van Sint Nicolaas gekleed in een matrozen pak en rijd hij gelijkwaardig aan de Sint een paard. De Sint heeft dan nog zowel de rol als beloner als die van bestraffer.
In de derde druk uit 1885, na de dood van Schenk­man, is dit veranderd in kleding van een Moorse page en is de Sint de beloner terwijl zijn hulp meer de rol van bestraffer toebedeeld krijgt, zoals we dat ook elders in Europa zien bij de knechten van de Sint.
Met de derde druk van het boekje van Jan Schenkman uit 1885 is de knecht van de Sint voor het eerst in de geschiedenis geen geknechte demon of slechterik zoals Père Fouettard, maar een Moorse page. Moorse Page's waren in de geschiedenis altijd slaven (NPO.nl, Volkskrant.nl).
Deze is bovendiend afgebeeld als een karikatuur van de zwarte medemens, stammende uit de koloniale tijd en de tijd van de slavernij, die in Nederland pas in 1862 werd afgeschaft.
Uit die tijd stammen liedjes als: Zwarte Piet (met Piet aan de ketting zoals slaven & demonen) en Pieterknecht (niet zwart van de schoorsteen....).
Verder is het zeer aannemelijk dat de Zwarte Piet van Schenkman na diens dood steeds meer geïnspireerd is op, danwel versmolten is met Blackface figuren
(zie Joop.BNNVara.nl,   NRC.nl,   Tijdschrift voor Geschiedenis  en  Ridenour Blz.20).

In de zestiger jaren van de 20ste eeuw moest het dreigende en negatieve element van de helpers van de Sint verdwijnen en kregen we een domme, zwarte karikatuur van de zwarte medemens. Dit had weinig meer met de helpers van de Sint te maken maar des te meer hoe de zwarte mens in de koloniale tijd werd afgebeeld: dom met dikke rode lippen, grote gouden oorbellen, kroeshaar en een Moors page pakje dat een directe verwijzing is naar die tijd. Hier kwamen dan ook veel protesten tegen (zie: dbnl.org, AndereTijden.nl en G.Wekker Blz.202-233).
Niet alleen rond de helpers van de Sint maar in andere landen ook rond Blackface en hier rond de stripverhalen van Kuifje en Sjors en Sjimmie. De donkere Sjimmie werd ook getekend als een dommig figuur die niet goed Nederlands sprak, als een karikatuur met dikke rode lippen. Hier werd niets racistisch mee bedoeld en het werd dan ook aangepast, de dikke rode lippen verdwenen en Sjimmie sprak goed Nederlands en de strip bleef even leuk! (ik leerde deze strip in mijn jeugd pas kennen na deze aanpassingen)   (Zie: Andere Tijden en Sjors-en-Sjimmie.nl).
De hulp van de Sint bleef echter zoals die was.
Ook de protesten bleven en verhevigen de laatste jaren weer.
Tijd om de traditie en de helpers van de Sint weer te herstellen en de huidige karikatuur zoals die sinds 1850 gegroeid is aan te passen! Het gaat er hierbij niet om of Piet nu zwart is of een regenboog kleurtje heeft, het gaat om het totaalplaatje van de kleding van een Moorse page, het kroeshaar, de grote gouden oorbellen, grote rode lippen en de kinderlijke altijd vrolijke genietende dommige zwarte figuur (= Blackface).

Racistische karikatuur
De huidige Zwarte Piet met z'n dikke rode lippen, kroeshaar, grote goude oorbellen en dommig gedrag is dus een racistische karikatuur die helemaal niets meer weg heeft van de knechten van Sint Nicolaas zoals die voor 1850 waren. Veel donkere mensen hebben dan ook last van de Zwarte Piet figuur, ze worden er mee vergeleken en voor uitgescholden. Voor veel donkere kinderen en volwassenen is dit dan ook helemaal geen leuk feest, ze blijven in de Sinterklaas periode vaker thuis (Nzume blz.102).
Het zou daarom fijn zijn wanneer deze racistische karikatuur verdwijnt en dit een kinderfeest zou worden dat leuk is voor alle kinderen (Zie Gerda Havertong in Sesamstraat, 1987).
Voor kinderen maakt het niet zoveel uit hoe Piet er uit ziet, hoewel een roetveegpiet met kroeshaar bij kinderen toch wel een donkere mens blijft (want kroeshaar krijg je niet van de schoorsteen, waarom blijven z'n kleren zo schoon?).
Piet kan alle kleuren hebben, er totaal anders uitzien wat kleding betreft, kinderen gaan gewoon mee in het spel zoals het gebracht word. De Pietendiscussie speelt niet voor kinderen, het zijn de starre volwassenen die niet met de tijd mee kunnen gaan die dit kinderfeest verpesten, ten eerste voor donkere kinderen en daarmee voor alle kinderen.
Een mooie heldere analyse van alle argumenten die je in de Zwarte Pieten discussie tegenkomt kan je lezen in het zeer aan te bevelen boek: Witte onschuld - Paradoxen van kolonialisme en ras van Gloria Wekker (Blz.197-234, zie ook Groene.nl - Feest van impliciet racisme).


Conclusie
De vele verschillende helpers van de Sint hebben zoals we gezien hebben bijna allemaal een Heidense oorsprong (Behalve Père Fouettard en Zwarte Piet).
Dat de Sint op zijn paard over de daken raast is overgenomen van de Wilde Jacht van Wodan / Odin met Zijn leger. Ook de feestdag op 6 December heeft een Heidense oorsprong, vanaf dan worden de dagen snel en merkbaar korter en begonnen van oudsher de midwinterfeesten. Ook het feest van de Sint is dus een midwinterfeest. Tegenwoordig is er veel te doen over de helpers van de Sint doch zelf heb ik meer moeite met de Sint zelf. Als individuele Pagan kan ik niet zoveel met deze Katholieke bisschop die gek is op kinderkens, zeker niet met al dat kindermisbruik van Katholieke geestelijken.
Het Sinterklaas feest en het Yulefeest zijn in principe hetzelfde feest, doch Santa Claus heeft het paard van Wodan/Odin omgeruild voor een slede met rendieren en zijn leger helpers zijn elfen, wat dichter bij de oorspronkelijke viering van het Yulefeest ligt, met name in de Scandinavische landen (zie: oorsprong Yulefeest)
De Sint heeft de plaats ingenomen van Wodan/Odin die met Zijn leger door de lucht raast. Wodan/Odin weet alles door zijn raven Huginn en Muninn, de Sint weet alles door zijn hulpen. Er werden offers gebracht aan Wodan/Odin en zijn paard in de vorm van broden, hooi, zaden en wortels, de Sint krijgt een wortel voor zijn paard. Sinterklaas is voor mij een Katholieke bisschop die per ongeluk verdwaalt is in een Heidens feest.
Met de steeds verminderende invloed van het Christendom is een Katholieke bisschop als Sint Nicolaas steeds meer een verouderd verschijnsel in de moderne tijd. Ondertussen zijn er in de vorm van het Russische Grootvadertje Vorst, de Amerikaanse Kerstman en de Scandinavische Kerstkabouter genoeg inspirerende tijdloze figuren voor de moderne tijd.

Persoonlijk heb ik niet zoveel met dit feest rond een Katholieke bisschop.
Ik vier dit feest echter wel, maar dan de versie die ietsjes dichter bij de oorsprong komt: Yule met vadertje Kerst met z'n helpers van de Andere Wereld, de elfjes!
Ho Ho Ho die Sint, hier komt het Yulefeest !!!

Martin Roek

Geraadpleegde bronnen:

Boeken: Sint Nicolaas op Facebook:
Sint Nicolaas Websites:
Sint Nicolaas op Wikipedia:
Zoek verder
op deze Startpagina's: